Laat gist ook de melkproductie rijzen?
Gistproducten worden wereldwijd aan het melkveerantsoen toegevoegd om een hogere melkproductie en hogere gehaltes vet en eiwit in de melk te verkrijgen. Gisten zouden de micro-organismen, productie van vetzuren en de zuurtegraad in de pens positief beïnvloeden. Ondanks de vele studies rond dit effect, is er weinig eenduidigheid in de resultaten. Vaak kan geen significant effect aangetoond worden door een te kleine proefopzet. Amerikaanse onderzoekers van de Colorado State University kregen recent meer inzicht in de resultaten door 36 gepubliceerde studies naast elkaar te leggen.
Er zijn twee grote categorieën gistproducten: producten zonder en producten mét levende gistcellen. De eerste categorie wordt geproduceerd in een fermentatieproces. Deze producten bevatten gefermenteerde gistcellen en bijproducten van het fermentatieproces die de groei van bacteriën en protozoa in de pens beïnvloeden. De tweede categorie bevat droge, actieve gistcellen (minstens 15 miljard per gram) die in de pens groeien en actief bijdragen aan de fermentatie van het voeder. Ze vangen zuurstof weg wat het pensklimaat stabiliseert en de fermentatie bevordert. Vooral bij rantsoenen met veel suiker, krachtvoer, nat kuilvoer of weinig structuur is het effect significant. De gist fungeert hier dan als buffer tegen pensverzuring.
Gefermenteerde gistproducten
Het Amerikaans onderzoek richtte zich op het effect van 3 gistproducten zonder levende gistcellen. Een 20-tal onderzoeken, gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften, toonden een positief effect aan van gistproducten in het rantsoen op de melkproductie (gemiddeld + 1,18 kg/dag), vetproductie (gemiddeld + 0,06 kg/dag) en eiwitproductie (gemiddeld + 0,03 kg/dag). Daarnaast bleek uit de overkoepelende studie dat toevoegen van deze gistproducten leidt tot een hogere voeropname (gemiddeld + 0,62 kg DS/dag) in het begin van de lactatie (tot 70 DIM) en tot een lagere voeropname (gemiddeld - 0,78 kg DS/dag) later in de lactatie. De verhoogde opname in het begin van de lactatie kan de gezondheid van de koe ondersteunen tijdens de transitie- en opstartperiode. De lagere opname verderop in de lactatie leidt in combinatie met een hogere productie tot een verbeterde voerefficiëntie.
Actieve gist
Ook actieve gist in het rantsoen bevordert de productie bij melkvee. Het effect is echter niet altijd even duidelijk of in dezelfde mate aanwezig. Andere factoren zoals de totale voeropname, het aandeel krachtvoer, het lactatiestadium, andere voederadditieven of het management kunnen de productieresultaten ook beïnvloeden. Praktijkonderzoek op een melkveebedrijf met 6.700 melkkoeien in Californië kon evenwel een duidelijk effect aantonen op de melkproductie (+ 0,7 kg/dag) en de eiwitproductie (+ 0,04 kg/dag). De voeropname werd door toevoegen van de levende gist niet beïnvloed. In dit onderzoek kregen de koeien dagelijks levende gist toegediend a rato van 3 g per koe (ca. 60 miljard gistcellen).
Het positief effect van levende gist op de melkproductie is algemeen aanvaard. In de praktijk stelt men echter vast dat de toegediende hoeveelheid de aanbevolen dosis vaak (ver) overschrijdt. Of dit zinvol is werd onderzocht door Chinese onderzoekers. Levende gist werd in verschillende doses aan het rantsoen van lacterende koeien (begin lactatie) toegevoegd: 0, 20, 40 en 60 miljard gistcellen per dag. Hierbij is 40 miljard gistcellen de aanbevolen dosis.
De verschillende doses hadden geen invloed op de voeropname bij het melkvee. De melkproductie en het vetgehalte namen toe met stijgende dosis tot de aanbevolen dosis van 40 miljard gistcellen per dag. De hoogste dosis van 60 miljard gistcellen per dag leverde echter geen verdere stijging van de productiecijfers. Het is dus aangeraden om bij het verstrekken van levende gist aan lacterend melkvee de aanbevolen dosering niet te overschrijden.
Tabel 1. Effect van verschillende doses actieve, droge gist op de melkproductie
Actieve, droge gist (g/koe/dag) | ||||
0 | 10 | 20 | 30 | |
Voeropname (kg DS/dag) | 22,7 | 23 | 22,8 | 22,9 |
Melkproductie (kg/dag) | 34,7 | 35,6 | 36,2 | 35,7 |
FCM (4 %) | 31,8 | 33 | 34,6 | 34,2 |
Melkvet (%) | 3,41 | 3,54 | 3,71 | 3,7 |
Melkvet (kg/dag) | 1,09 | 1,12 | 1,15 | 1,13 |
Melkeiwit (%) | 3,13 | 3,14 | 3,18 | 3,16 |
Melkeiwit (kg/dag) | 1,09 | 1,12 | 1,15 | 1,13 |
Voerefficiëntie | 1,4 | 1,44 | 1,52 | 1,49 |
Conclusie
Het ene gistproduct is het andere niet. Producten zonder levende gistcellen bevatten restproducten van een fermentatieproces en dode gistcellen. Ze stimuleren de ontwikkeling van reeds aanwezige micro-organismen in de pens waardoor de melkproductie verbetert. Producten mét levende gistcellen bevatten actieve gistcellen die zelf ontwikkelen en deelnemen aan het fermentatieproces in de pens. Ze stabiliseren het pensklimaat waardoor de penswerking minder snel wordt verstoord. Op deze wijze kunnen ze de melkproductie eveneens verhogen. Het effect van levende gist is optimaal bij een verstrekking van 40 miljard gistcellen per dag. Een hogere dosis verstrekken heeft geen meerwaarde.
Bronnen
A meta-analysis of the effects of feeding yeast culture produced by anaerobic fermentation of Saccharomyces cerevisiae on milk production of lactating dairy cows. G. D. Poppy, A. R. Rabiee, I. J. Lean, W. K. Sanchez, K. L. Dorton and P. S. Morley. Journal of Dairy Science Vol. 95 No. 10, 2012
Effects of addition of a live yeast product on dairy cattle performance. H. A. Rossow a, T. Riordanb and A. Riordanb. Journal of applied animal research, 2018, Vol. 46, No. 1, 159–163
Effect of active dry yeast on lactation performance, methane production, and ruminal fermentation patterns in early-lactating Holstein cows. Yan Li, Yizhao Shen, Jiankang Niu, Yanfei Guo, Mirielle Pauline, Xiaojing Zhao, Qiufeng Li, Yufeng Cao, Chongliang Bi, Xiujiang Zhang, Zhonghua Wang, Yanxia Gao and Jianguo Li. Journal of Dairy Science Vol. 104 No. 1, 2021