Voederefficiëntie
De basis voor een goede rendabiliteit
Soja vervangen in het melkveerantsoen: vijf alternatieven
Door het hoge eiwitgehalte is sojaschroot een interessante aanvulling in het rantsoen. Maar soja wordt niet lokaal geproduceerd, heeft een hoge koolstofvoetafdruk en ook een volatiele prijs. Het Interreg-project PROTECOW vond vijf oplossingen om het gebruik van sojaschroot te verminderen zonder negatieve gevolgen voor de productie of het rendement van een melkveebedrijf.
De projectpartners testten meerdere alternatieven voor sojaschroot. De simulaties zijn gebaseerd op praktijktests en berekeningen. In functie van de beschikbare middelen en de verwachtingen van de melkveehouders uit het grensgebied werden vijf oplossingen weerhouden. De simulaties tonen aan dat sojaschroot in sommige gevallen bijna volledig vervangen kan worden, zonder negatieve gevolgen. De rentabiliteit van de bedrijven is soms zelfs verbeterd dankzij het gebruik van de voorgestelde alternatieven.
Voor elk type melkveebedrijf een oplossing: 3 bedrijfstypes, 5 oplossingen
| Bedrijfstype | Oplossing |
| Weinig oppervlakte beschikbaar voor ruwvoer met hoge krachtvoederkost als gevolg | 1. Koolzaadschroot in plaats van sojaschroot |
| Rantsoen hoofdzakelijk op basis van maïskuil | 2. Tussenteelten met Italiaans raaigras om het aandeel gras in het teeltplan te verhogen |
| Rantsoen op basis van maïs en gras, inclusief grasland |
3. De kwaliteit van het ingekuilde gras verbeteren 4. Bedrijfseigen getoaste veldbonen gebruiken 5. Omschakelen naar biologische landbouw met behoud van een hoge melkproductie |
Verbeteren van de voederefficiëntie en de rendabiliteit bij melkveebedrijven
Hieronder vindt u 9 oplossingsfiches terug voor melkveehouders en adviseurs om meer gericht stil te staan bij de mogelijke verbeteringen op vlak van zelfvoorziening in eiwit en massa bij melkveebedrijven. Deze fiches zijn gemakkelijk te raadplegen en bevatten alle nodige technische informatie.
Wat staat er precies in de oplossingsfiches?
Elke fiche bestaat uit zes delen:
- Beschrijving van de zelfvoorzieningsgraad van het voedermiddel en van het niveau
- Waarom is de beoogde oplossing relevant?
- Wat zijn de randvoorwaarden?
- Wat zijn de mogelijke technisch-economische gevolgen?
- Hoe zit het in de praktijk voor het melkvee?
- Analyse van de voederstrategie met de sterktes, de zwaktes, de kansen en de bedreigingen
Alle bibliografische referenties waarop de fiches gebaseerd zijn, worden onderaan vermeld. De fiches worden samengesteld in het kader van het project PROTECOW, dat ernaar streeft om wetenschappelijke innovaties grensoverschrijdend (tussen Frankrijk en België) uit te wisselen en toe te passen met het oog op het verbeteren van de voederefficiëntie. Op basis van elke oplossingsfiche kunnen de eerste elementen rond eiwit- en massa-onafhankelijkheid bij melkveebedrijven verduidelijkt worden.
Wilt u nog meer informatie, dan vindt u onderaan de fiche de contactgegevens terug van de verschillende advies- en onderzoeksinstellingen.
- Zomerstalvoedering
- Vroeger maaien van gras
- Benutten van najaarsgras
- Het telen van vlinderbloemigen als eiwitbron (luzerne en rode klaver)
- Combinatie Italiaans raaigras en klaver als tussenteelt
- Het Inkuilen van mengteelten
- Draf en bijproducten
- Koolzaadschroot
- Cornglutenfeed
Video-lessen
Hoe produceer je kwalitatieve ruwvoeders?
Hoe verbeter ik mijn voederautonomie?
Hoe optimaliseer ik mijn voederefficiëntie?
Hoe analyseer ik de rendabiliteit van mijn melkveebedrijf?
Meer info:
PROTECOW wil de technische en economische cijfers van Vlaamse, Waalse en Noord-Franse melkveehouders helpen verbeteren. De projectpartners vergelijken onderzoek van melkvee-experts en ervaringen van melkveehouders uit het grensgebied. Volg het projectnieuws via de Facebookpagina of website van PROTECOW.
Vragen? Contacteer dan Maryline Lamérand – maryline.lamerand@ilvo.vlaanderen.be – 051 27 33 86
