RUNDVEELOKET

To robot or not to robot

Jan Halewyck (Boerenbond)

De melkstand en of de melkveestal is versleten of je hebt het plan om uit te breiden. Hoe ga je melken in de toekomst? Melkrobot of een variant van klassiek melken? Naast flexibiliteit in arbeid, minder fysieke belasting voor vooral de schouders van de melkveehouder, potentieel meer melkingen per koe per dag, misschien minder oppervlakte gebouw nodig, zou de vraag ook moeten zijn: is dat goed voor de portemonnee?

Dit artikel kadert in een reeks rond robot melken, vanuit het rundveeloket van ILVO, waarbij Boerenbond vanuit de bedrijfseconomische cijfers een insteek geeft. Ondertussen melkt bijna 20 % van de deelnemers met een robot. Sedert enkele jaren maken we een vergelijkende studie tussen de melkveebedrijven die melken met een melkrobot, het gemiddelde van alle melkveebedrijven en de melkveehouders die in de laatste 10 jaar minstens 50.000 euro investeerden in een melkinstallatie, maar geen robot. In de vergelijking worden zij de “andere investeerders” genoemd (zie tabel 1).

Technische cijfers

Tabel 1: Vergelijking bedrijven met en zonder melkrobot

Iets voor mij?

Redenen om wel voor een robot te kiezen staan deels in de openingsalinea. Maar past een robot wel bij jezelf? Heb je karakter voldoende om tijdig controle te doen van het werk van de robot? Vraagt je melkerij beweiding? Wat zijn de volgende stappen van je bedrijf? Bij robot melken moet je evolueren per robot, bij klassiek melken draai je een rondje extra of melk je een kant van de melkput extra, kan je dus meer geleidelijk evolueren. Onderhoudskosten van een robot zijn een belangrijke kostenfactor. Hoe goed ben je zelf in herstellen van elektro en mechanische onderdelen? Heb je daar zin, tijd en kwaliteiten voor? Ben je van plan om het bedrijf enkel met familiale arbeidskrachten te doen draaien of ook met extern personeel? Een vreemde arbeidskracht kan na paar melkbeurten zelfstandig meedraaien, een robot onder de knie krijgen vraagt heel wat andere kwaliteiten.

"Bij robotmelken moet je evolueren per robot"
 

Van de afgewerkte boekhoudingen 2018 zijn er ondertussen 76 die melken met robot. Zij leveren ongeveer evenveel melk als de andere investeerders, meer melk per koe (+600 liter) maar met minder koeien. Opvallend zijn de lagere gehalten bij robot melken (vet -0.8, eiwit -0.6) die samen soms moeilijker maximale kwaliteitspremie halen (coli!) tot een lagere ontvangen melkprijs leiden (-€ 0,57 /100 liter melk).

Wat kost dat?

Het globale kostenplaatje per 100 liter melk toont meteen een fors hogere variabele kost zowel per 100 liter (+2.58) als per koe (+344 euro), die niet (voldoende) gecompenseerd worden door de hogere productie per koe. Ook de vaste kosten zitten hoger bij de robotboeren. Deels omdat meer nieuwbouwprojecten in deze groep zitten, t.o.v. renovaties van bestaande melkstanden, deels omdat de afschrijftermijn van robots (10-15j) in de bedrijfseconomische boekhouding korter is dan van een klassieke melksystemen (15-20 jaar). Dit is ook een realiteit, de techniek in robot melken evolueert zo snel, dat voor een toestel van 10 jaar oud of meer soms gewoon ook geen onderdelen of onderhoud meer beschikbaar is en de melkveehouder verplicht is om opnieuw te investeren. Waardoor we de verschillen in afschrijvingskosten misschien nog onderschatten. Samengevat komen we zo aan een verschil in kostendekkende melkprijs, de melkprijs nodig met de huidige kosten en vleesopbrengst om jezelf te beginnen een arbeidsvergoeding te betalen, van 4,70 euro. Of uitgedrukt in kostendekkende melkproductie, de melkproductie nodig bij de huidige kostprijs per liter en de huidige melkprijs, die meer dan 1900 liter hoger ligt bij de robotmelkers dan bij de andere investeerders, terwijl ze 600 liter meer melken.

Arbeidsdruk

Zijn melkrobots arbeidsbesparend? Uit de resultaten van dit vergelijkend onderzoek blijft dat alvast niet. Het aantal aanwezige volwaardige arbeidskrachten en het aantal gewerkte uren per jaar is natuurlijk een schatting, waarbij we standaard uitgaan dat 1 volwaardige arbeidskracht 3.000 uur per jaar werkt. Hoeveel van de tijd spendeert een tweede persoon effectief op het bedrijf? Wat doet opa nog en de buurman? Er even van uitgaand dat de inschatting daarvan gemiddeld even juist of fout is bij alle categorieën in deze vergelijking, is de vaststelling dat de investeerders in melkrobots of andere melkinstallaties meer melk produceren per VAK en per gewerkt uur dan het gemiddelde van de boekhouding, maar de investeerder in robots of andere melkinstallaties eigenlijk evenveel produceren. Ongeveer 590.000 liter melk per VAK, 189 versus 186 liter melk per uur arbeid. Verschillen tot 30% in arbeidsefficiëntie waarvan soms sprake, worden alvast helemaal niet bevestigd in onze boekhoudingscijfers.

Robot versus klassiek

Waar worden de verschillen gemaakt in kostprijs per 100 liter melk (2,58) en per koe (344)? Er zijn amper verschillen in gezondheids- en vruchtbaarheidskosten, wat ook logisch zou moeten zijn. Logisch te verwachten zijn hogere kosten voor onderhoud (+0.67/100 liter, +68 per koe) die volledig toe te wijzen zijn aan onderhoud van de robot. We vragen ook aan melkveehouders om alle vormen van onderhoud van aan de melkinstallatie specifiek toe te wijzen aan de melkinstallatie, zowel bij melkrobots als bij klassieke melkinstallaties. Dit zal nog niet overal even perfect gesplitst zijn, maar nu al is duidelijk dat de hogere onderhoudskost op robotbedrijven van onderhoud van de robot komt.

36 euro extra per koe zowel op energiekosten als op andere variabele kosten (of 0,33/100 liter) bij robot melken. Niemand heeft ooit beweerd dat robot melken een energiebesparende maatregel is, het verhoogt het verbruik zowat met de helft. Nieuwere types beloven hierin beterschap. Robotmelkers moeten dan ook eerder overwegen om die energie zelf te gaan opwekken, zeker ook omdat ze een meer continu verbruik hebben van elektriciteit, zijn investeringen in installaties die continu hernieuwbare energie produceren te overwegen. Als straks de digitale meter komt, moet opgewekte energie bij voorkeur ook direct geconsumeerd worden. De hogere andere variabele kosten zit vooral in hoger verbruik van reinigingsproducten.

Bij een gelijke variabele ruwvoerkost zit de krachtvoerkost van robotmelkers 1 euro hoger per 100 liter melk of 144 euro per koe. Waar klassieke melkers vaker overschakelen op totaal gemengde rantsoenen met enkelvoudige grondstoffen (die het rantsoen niet per definitie goedkoper maakt), voedert de robotboer individueler in de robot, zonder dit uit te sparen in ruwvoerkosten. Er gaat 142 kg eiwitkrachtvoer en 60 kg evenwichtig krachtvoer meer in per koe, zonder dat dit wordt uitgespaard in soja/raap of perspulp en andere bijproducten.

Sprekende cijfers

De ene robotboer is de andere natuurlijk niet, als we de robotmelkers apart indelen in 4 groepen volgens saldo per 100 liter melk, dan zien we dat het beste kwart 4 euro saldo beter scoort per 100 liter. Voerefficiëntie en kwaliteit van ruwvoeder maken hier het klassieke verschil. De beste robotboeren produceren met evenveel KV per koe (iets meer dan 3.000 kg per koe per jaar) 700 liter melk meer per koe met betere gehalten. De betere robotboeren produceren ook een pak meer melk in totaal en slagen er zo ook in om de onderhoudskosten, extra energie gebruik en dergelijke te verdelen over veel meer liters melk en zo naast klassiek de spreiding van de vaste kosten ook deze variabele kosten te spreiden over meer liters melk. De kostendekkende melkproductie zit bijna 2.000 liter scherper (7.745 versus 9.664 liter).

Hoe krijg je de koe in de robot? Hoe actief zijn de koeien? Hoe alert en gericht gaat de robotboer om met alle beschikbare informatie en alarmen? Hoe goed leer je via de robot naar je koeien kijken? Hoe goed heb je het onderhoud van de robot zelf in de vingers? Plan je preventief onderhoud in? Beperk je het aantal reinigingsbeurten door apart te melken koeien te groeperen? Voer je een deel van de eiwitkern als lokbrok? Hoe frequent calibreer je de krachtvoergift in de automaat? Met een goede bedrijfseconomische boekhouding heb je alvast een stevige basis om je betere en je verbeterpunten te vinden.

Kostprijs per 100 l

Tabel 2: Kostprijs per 100 liter melk t.o.v. het gemiddelde

 

Kostprijs per koe

Tabel 3: Kostprijs per koe t.o.v. het gemiddelde


Lees het volledige artikel (pdf) verschenen in Boer & Tuinder (14/11/2019)

Artikels in deze reeks: